Dag 9, lezen: Lukas 20: 9-16

Jezus is niet van zijn stuk gebracht door de vragen van de joodse religieuze leiders. Integendeel. Hij zet de boel op scherp door hen te bevragen hoe zij eigenlijk zelf omgaan met gezag. Jezus doet dat door de gelijkenis over de wijnbouwers te vertellen. Ze hebben geen respect voor de eigenaar van de wijngaard en zijn uit op hun eigen belang. Zelfs de zoon van de eigenaar wordt daarbij niet ontzien. Een flinke misrekening. Uiteindelijk staan ze met lege handen, want: “Wie de Zoon heeft, heeft alles.” (verhaal uit de podcast). De gelijkenis is een spiegel voor de religieuze leiders. God die als Eigenaar keer op keer profeten zond, en teneinde Zijn eigen Zoon. Maar profetenwoorden werden moeizaam geloofd en de Zoon. die staat nu tegenover hen! Jezus voorzegt dat zij Hem zullen ombrengen en met lege handen zullen staan.
Probeer je eens te verplaatsen in zo’n schriftgeleerde: hoe zou jij reageren als dit tegen je gezegd wordt?
Lezen: <bijbel.nbv21.nl/bijbel/NBV21/LUK.20/Lucas-20/> Lukas 20: 9-16