Aanleerlied november – Lied 729

LIED 729 – ‘Zij gaan op naar de stad van de vrede’

Deze maand vieren we in de kerk de laatste zondag van het kerkelijk jaar. Daarin herdenken we de mensen die ons het afgelopen jaar zijn ontvallen. Er hangt in deze diensten vaak een sfeer van weemoedigheid. In dit lied is dat helemaal niet de sfeer. Het lied is afkomstig uit Zweden. En het is uitbundig vrolijk. We zien mensen optrekken naar ‘de stad van de vrede’, naar de hemel. Bij hun aankomst trekken ze blij en verbaasd door de poort, een heerlijk nieuw leven tegemoet. ‘Zij gaan op naar de stad van de vrede’ werd in Zweden al spoedig een van de meest geliefde liederen over de hemel. De melodie versterkt het karakter van het lied. Je hoort en ziet de mensen bijna in marstempo optrekken naar het hemelse Jeruzalem en daar aankomen, de noten springen, dansen en jubelen met ze mee.

De beelden van dit lied willen iets uitdrukken van het onvoorstelbare en ondenkbare dat de dood niet het laatste woord heeft. Dat er een soort leven na de dood zal zijn, een vorm van voortleven, een leven in het licht, als een thuiskomen bij de Eeuwige. Het is een lied van verlangen. Als zodanig zou het een plek kunnen vinden bij een uitvaart en in vieringen waarin de hoop op (eindelijk) vrede wordt gekoesterd en gedeeld. Wij en ‘zij’ staan in een lange rij van pelgrims, die door alle generaties heen blijven hopen op het licht.

Zij gaan op naar de stad van vrede,

in de hemel komen zij aan

en verbaasd zullen zij door de poort gaan,

onbekend bestaan,

een nieuw leven in,

en zij zingen, zingen, ja zingen

een nieuw jubelgezang.

 

Zij zien terug op de groenende aarde

en bloeiende zomers zo vol,

Ze vergeten het kwaad en de kilte

van het oud bestaan,

van het leven toen,

en zij zingen, zingen, ja zingen

een nieuw jubelgezang.